Op maandagochtend probeer ik de scherven van zondag op te rapen, ten minste, wat er op te rapen valt.
En dan bedoel ik dat persoonlijk: wat heb ik zelf geleerd, meegemaakt, meegenomen van de voorbereiding op en het voorgaan in de dienst(en) van zondag? Dat oprapen moet snel gebeuren, want de volgende zondag komt er in sneltreinvaart aan.
Deze week, o.a., stilgestaan bij dat bekende vers uit Nehemia 8:10: Weest dus niet verdrietig, want de vreugde in de HERE, die is uw toevlucht. (NBG vertaling).
(By the way: Weer teleurgesteld in de vertaling van de NBV: Wees niet bedroefd, want de vreugde die de HEER u geeft, is uw kracht. NBV mist de diepgang van in de Heer (wat anders is dan die de Heer geeft) en toevlucht (schuilplaats) – ook anders dan kracht. Maar dat even terzijde.)
Waar ik nog over na blijf denken is de gedachte in deze zin dat het de vreugde in de Heer die onze toevlucht is.
De vreugde in de Heer – DIE is uw toevlucht, uw schuilplaats.
Deze scherf zou mijn neiging tot moedeloosheid, frustratie, wanhoop, desillusie, hoogmoed, ik-gerichtheid enz. enz. aan flarden moeten snijden.